De lijst van 100 (longlist In reprise)

 

In de enquête In Reprise vroegen we in het najaar van 2014 mensen uit de theaterwereld en toneelliefhebbers hoe zij dachten over de speelbaarheid van het Nederlandstalige toneelrepertoire. Ook vroegen we iedere deelnemer tien stukken te noemen die men graag heropgevoerd wilde zien. Hieronder de volledige longlist. De enquête had 224 deelnemers, en had de volgende uitslag (klik hier). Zie ook overige uitkomsten enquête.

 


Alfabetisch op titel | Alfabetisch op auteur | Chronologisch

anoniem, Abele spelen (1400)
anoniem, Mariken van Nieumeghen (1518)
Thomas Asselijn, Jan Klaaz (1682)
Willem Bilderdijk, Floris de Vijfde (1808)
Lodewijk de Boer, The Family (1972)
Lodewijk de Boer, De Buddha van Ceylon (1991)
Herman Bouber, De Commensaal (1933)
Menno ter Braak, De pantserkrant (1935)
Gerbrandt Adriaensz. Bredero, Klucht van de koe (1612)
Gerbrandt Adriaensz. Bredero, Klucht van de meulenaar (1613)
Gerbrandt Adriaensz. Bredero, Moortje (1615)
Gerbrandt Adriaensz. Bredero, Spaanschen Brabander (1618)
Hugo Claus, Een bruid in de morgen (1955)
Hugo Claus, Suiker (1958)
Hugo Claus, Vrijdag (1969)
Samuel Coster, Boere-klucht van Teeuwis de boer (1612)
August Defresne, Het onbewoonde eiland (1941)
Inez van Dullemen, Labyrint (1991)
Marcellus Emants, Hij (1894)
Marcellus Emants, Domheidsmacht (1907)
Cornelis Everaert, Esbatement vanden visscher (1531)
Jan Fabricius, Tòtòk en Indo (1915)
Jan Fabricius, Dolle Hans (1916)
Willem Godschalck van Focquenbroch, De min in 't Lazarus-huys (1670)
Esther Gerritsen, Gras (1999)
Maria Goos, Familie (2000)
Maria Goos, Cloaca (2002)
Rob de Graaf, Geslacht (2004)
Rob de Graaf, Freetown (2010)
Onno Zwier van Haren, Pietje en Agnietje (1778)
Jan de Hartog, Schipper naast God (1942)
Jan de Hartog, Het hemelbed (1942)
Herman Heijermans, Op hoop van zegen (1900)
Herman Heijermans, Schakels (1903)
Herman Heijermans, Eva Bonheur (1916)
Herman Heijermans, De wijze kater (1917)
Gerben Hellinga, Kees de jongen (1970)
Judith Herzberg, En/of (1985)
Judith Herzberg, Kras (1988)
Haye van der Heyden, Jaloezieën (1989)
Dirk van Hogendorp, Kraspoekol (1800)
P.C. Hooft, Granida (1605)
P.C. Hooft, Geeraerdt van Velsen (1613)
P.C. Hooft, Warenar (1617)
Balthasar Huydecoper, Achilles (1719)
Balthasar Huydecoper, Arzases (1722)
Constantijn Huygens, Trijntje Cornelis (1653)
Yvonne Keuls, Jan Rap en z'n maat (1977)
Gerrit Komrij, Het chemisch huwelijk (1983)
Pieter Langendijk, Don Quichot op de bruiloft van Kamacho (1712)
Pieter Langendijk, Het wederzijds huwelijksbedrog (1720)
Tom Lanoye, Ten Oorlog (1997)
Suzanne van Lohuizen, Heb je mijn kleine jongen niet gezien? (1990)
Lucretia van Merken, Jacob Simonszoon de Ryk (1774)
Frans Mijnssen, Ida Wahl (1920)
Harry Mulisch, Tanchelijn (1960)
Multatuli, Vorstenschool (1872)
Johannes Nomsz, Antonius Hambroek (1775)
Jillis Noozeman, Lichte Klaartje (1645)
Willem Jan Otten, Een sneeuw (1983)
Willem Jan Otten, Braambos (2004)
Wanda Reisel, Op de hellingen van de Vesuvius (1989)
Gerardjan Rijnders, Tulpen Vulpen (1988)
Gerardjan Rijnders, Liefhebber (1992)
Lukas Rotgans, Scilla (1709)
H.J. Schimmel, Het kind van Staat (1859)
H.J. Schimmel, Struensee (1866)
Wim T. Schippers, Kutzwagers (1984)
Josine A. Simons-Mees, Een moeder (1911)
J. Slauerhoff, Jan Pietersz. Coen (1931)
Frans Strijards, Gesprekken over Goethe? (1988)
Frans Strijards, Het syndroom van Stendhal (1989)
Michiel de Swaen, De Verheerlijcte Schoenlappers (1688)
Herman Teirlinck, De vertraagde film (1922)
Koos Terpstra, De Troje Trilogie (1994)
Ger Thijs, Beneden de rivieren (2002)
Ger Thijs, Het licht in de ogen (2003)
Lot Vekemans, Gif (2009)
Matin van Veldhuizen, Affaire B (1985)
Guus Vleugel, Ton Vorstenbosch, Srebrenica! (1996)
Joost van den Vondel, Gysbreght van Aemstel (1637)
Joost van den Vondel, Lucifer (1654)
Joost van den Vondel, Jeptha of offerbelofte (1659)
Joost van den Vondel, Faëton (1663)
Joost van den Vondel, Adam in ballingschap (1664)
Ton Vorstenbosch, Guus Vleugel, De miraculeuze come-back van Mea L. Loman (1982)
Jan Vos, Aran en Titus (1641)
Jan Vos, Medea (1667)
Alex van Warmerdam, Kleine Teun (1996)
Alex van Warmerdam, De verschrikkelijke moeder (2004)
Peer Wittenbols, Noordeloos (1997)
Karst Woudstra, Hofscènes (1981)
Karst Woudstra, Een zwarte Pool (1992)

Abele spelen(1400)

anoniem


in première: onbekend


ensceneringen/producties (zover bekend):

De gehele cyclus: (1988: Nederlands Repertoire Gezelschap), (1993: Het Zuidelijk Toneel), (2007: Het Waterhuis); Esmoreit: (1906: Gelegenheidscombinaties), (1915: N.V. Het Tooneel), (1930: Het Schouwtoneel), (1948: Stichting Het Nederlands Volkstoneel), (1953: Speeltheater Phoenix), (1955: Stichting Nieuw Jeugdtoneel), (1961: Werkgroep Haagse Comedie), (1983: Poppentheater Johanna Daudt), (1993: Stichting Stalles), (1994: Stichting Het Blauwe Huis), (2004: Poppentheater Haye Bijlstra); Gloriant: (1920: Die Ghesellen van den Spele) Lanseloet van Denemerken: (1906: Gelegenheidscombinaties), (1908: Haghespelers), (1920: Gelegenheidscombinaties), (1921: Comedia), (1926: Vereenigd Tooneel), (1945: Comedia), (1969: Stichting Nieuw Rotterdams Toneel), (1991: Stichting Inccoprodinc), (1992: Het Monument), (1992: Universiteitstheater Amsterdam), (2010: Theater Young Ones); Buskenblaser: (1941: Utrechts Toneel Gezelschap De Ghesellen van den Spele);



laatst bekende opvoering: 2007, door Het Waterhuis Rotterdam

volledige tekst: klik hier


drukgeschiedenis:

De gehele cyclus 

- Editie P. Leendertz  Jr., A.W. Sijthoff, Leiden 1899-1907

- Editie Leendert Johannes Joseph Olivier, J.M. Meulenhoff, Amsterdam 1948 (herdrukt in 1957, 1968) (bewerkt voor schooltoneel)

- Editie L. van Kammen, Polak & Van Gennep, Amsterdam 1968

- Editie G. Komrij, SDU, 's-Gravenhage 1989 (bewerking)

 

Esmoreit 

- Editie J. te Winkel, z.u., z.p., 1875

- Editie De Rotterdamsche onderwijzerstooneelvereeniging, Excelsior, Amsterdam ca. 1900

- Editie C. G. Kaakebeen, Wolters, Groningen 1901 (herdrukt in 1924, 1938)

- Editie P. Leendertz Jr., Sijthoff, Groningen 1907 (herdrukt in 1927)

- Editie De Zonnebloem, Apeldoorn 1916

- Editie J. Vorrink, Van Looy, Amsterdam 1921 

- Editie A. de Maeyer en R. Roemans, De Vlijt, Antwerpen 1948 (herdrukt in 1967, 1972, 1973)

- Editie J.M.G. Notermans, Tjeenk Willink, Zwolle 1955 (herdrukt in 1965)

- Editie G. Stellinga, Malmberg, 's-Hertogenbosch 1955 (herdrukt in 1977, 1980)

- Editie A.M. Duinhoven, Thieme, Zutphen 1979

- Editie H. Adema, Taal & Teken, Groningen 1983 (herdrukt in 1988)

- In: Middeleeuws toneel, Het Spectrum, Utrecht 1984

- In: Esmoreit, gevolgd door Lippijn, Taal & Teken, Leeuwarden 2000 (herdrukt in 2004)

 

Gloriant 

- Editie R.J. Spitz, De Zonnebloem, Apeldoorn 1920

- Editie H. Godthelp en J. Verjaal, Servire, Den Haag 1941

- In: Vier middeleeuwse spelen: Esmoreit, Gloriant, Buskenblaser, Nu Noch, J.M. Meulenhoff, Amsterdam 1948 (herdrukt in 1957)

- Editie Jef Notermans, Wolters, Groningen 1948

- Editie R. Roemans en René Gaspar, De Nederlandsche Boekhandel, Antwerpen 1956 (herdrukt in 1970)

- In: Het abel spel "Gloriant" en de sotternie "De Buskenblazer", Noorduijn, Gorinchem 1960

- Editie L.J.J. Olivier, Meulenhoff Educatief, Amsterdam 1964 (herdrukt o.a. in 1968)

- Editie G. StellingaTjeenk Willink/Noorduijn, Culemborg 1976

- In: Middeleeuws toneel, Het Spectrum, Utrecht 1984

- Editie Hessel Adema, Leeuwarden 1986 

- Editie B-Promotion, Antwerpen 1987-1988

 

Lanseloet van Denemerken

- Editie Henrick Eckert van Homberch, Antwerpen tussen 1512 en 1519

- Editie Govert van Ghemen, Nijhoff, 's-Gravenhage 1902

- Editie Pieter Leendertz Jr., Tjeenk Willink, Zwolle 1907 (herdrukt in 1913, 1924)

- Editie Kornelis Herman de Raaf, Larensche Kunsthandel, Laren 1907

- Editie R.J. Spitz, De Zonnebloem, Apeldoorn 1918 

- Editie C.C. de Bruin, Tjeenk Willink, Zwolle 1938 (herdrukt in 1991, 1997)

- Editie Ludovicus Maria Franciscus Daniel, In den Toren Naarden, 1944 

- Editie Pieter Minderhout, Noorduijn Gorinchem, 1951

- Editie Maartje Draak, Noord-Hollandsche Uitgevers Maatschappij, Amsterdam 1954 (herdrukt in 1977)

- Editie Rob Roemans en Hilda van Assche: Wereldbibliotheek, Amsterdam 1958 (herdrukt in 1975, 1979, 1982)

- Editie Govert Stellinga, Noorduijn, Gorichem 1962 (herdrukt in 1965, 1969, 1971, 1977)

- Editie Leendert Johannes Joseph Olivier, Meulenhoff, Amsterdam 1970 (herdrukt in 1976)

- Editie Hessel Adema, Taal & Teken, Groningen 1982 (herdrukt in 1987, 1994, 1995)

- In: De wandelende Jood & Lanseloet van Denemarken & Marieke van Nijmegen, Beckers, Aartselaar 1983

- In: Ridderverhalen, Het Spectrum, Utrecht 1984 

- In: Middeleeuws toneel, Het Spectrum, Utrecht 1984

- Editie Wilhelmus Norbertus Maria Hüsken en Franciscus Antonius Maria Schaars, Alfa, Nijmegen 1985

- In: Lanseloet van Denemarken, gevolgd door Die hexe, Taal & Teken, Leeuwarden 1995 (herdrukt in 2008, 2009)

- Editie Hans van Dijk, Amsterdam University Press, Amsterdam 1995

 

Vanden winter ende vanden somer 

- Editie Robert Antonissen, De Nederlandsche Boekhandel, Antwerpen 1946

- In: Het abel spel Vanden winter ende vanden somer, gevolgd door de sotternie Ruben, voorafgegaan door de fragmenten Drie daghe here en Truwanten, Thieme, Zutphen 1966 (herdrukt in 1975)

 



vertalingen:

Duits 

1837: Lantsloot ende die scone Sandrijn, vert. August Heinrich Hoffmann von Fallerleben 

1838: Abele spelen ende sotternien, vert. August Heinrich Hoffmann von Fallerleben

1948 - 1997: Lancelot: nach der Heidelberger Pergamenthandschrift, vert. Reinhold Kluge 

1950: Jedermann, Lanselot und Sanderein. Mareichen von Nymwegen: altflamische Spiele, vert. Wolfgang Cordan

Engels 

1924: An ingenious play of Esmoreit, the king's son of Sicily, vert. Harry Morgan Ayes

1924: A beautiful play of Lancelot of Denmark: how he fell in love with a lady who waited upon his mother, vert. Pieter Catharinus Arie Geyl

1989: An excellent play of Esmoreit, Prince of Sicily, vert. Jane Oakshott en Elsa Strietman

1997: Netherlandic secular plays from the Middle Ages: the "abele spelen" and the farces of the Hulthem manuscript, vert. Theresia de Vroom

2003: The book of Lancelot: the Middle Dutch Lancelot compilation and the medieval tradition of narrative cycles, vert. Thea Summerfield 

Frans

1983: Lancelot: roman du XXIIIe siecle, vert. Alexandre Micha 

Italiaans

2001: Un' artistica rappresentazione di Esmoreit, figlio del re di Sicilia, vert. Fulvio Ferrari 

 



secundaire literatuur:

Mary Rosina Fuehrer, ‘A study of the relation of the Dutch Lancelot and the Flemish Perchevael fragments to the manuscripts of Chrestien's Conte del Graal’, Washington 1939

M.C.A. van der Heijden, Hoort wat men u spelen zal: toneelstukken uit de Middeleeuwen, Antwerpen 1968

A.M. Duinhoven, ‘De bron van Lanseloet’, in: Tijdschrift voor Nederlandsche taal- en letterkunde, 95 (1979) 4, p. 262-287

K. van der Waerden, ‘De figuur van de cockijn in het abel spel “Vanden Winter ende vanden Somer”’, in: Spektator 15 (1985-1986) p. 268-277

Rieks Holtkamp, ‘”Klassieke” moderne bewerking van middeleeuws toneel’, in Leeuwarder Courant, 26 mei 1989

O.S.H. Lie, ‘Die hexe in het perspectief van Middelnederlandse toverboeken’, in: Madoc 4 (1990) 4, p. 212-220

J. Vromans, ‘Die Hexe’, in: Klein kapitaal uit het handschrift van Hulthem, Hilversum 1992, p. 180-189

F. Kramer, ‘De “Abele Spelen”. Een perverse uitdaging voor een chic herengezelschap’, in Madoc 7 (1993) 1, p. 13-19

Josef Johan Maria Beckers, Een tekst voor alle tijden: een onderzoek naar de receptiesituatie van de oudste overgeleverde versies van Lanseloet van Denemarken (proefschrift Universiteit van Amsterdam, 1993) 

J. Reynaert, ‘Gezellen van Diest houden een intocht te Aken en vertonen Lanseloet. Vroegstbewaarde voorbeelden van wereldlijk drama’  en R.L. Erenstein, ‘Zomerspelen in Laren onder leiding van Royaards en Verkade. Het begin van het moderne theater’, in: Erenstein, R.L. (hoofdred.) Een theatergeschiedenis der Nederlanden: tien eeuwen drama en theater in Nederland en Vlaanderen Amsterdam 1996,  p. 36-41 en p. 552-559

B.A.M. Ramakers,  ‘Woorden en daden. Thematiek en dramatiek van “Lanseloet van Denemerken”’, in Queeste 7 (2000) 1, p. 51-73

W. Kuiper, ‘Oorsprong, betekenis en functie van eigennamen in de abele spelen. Esmoreit, Gloriant en Lanseloet van Denemerken’, D.E. van der Poel, ‘De voorstelling is voorbij. Vermeldingen van wereldlijk toneel en de casus van “Strasengijs”’, B.A.M. Ramakers, ‘Allegorisch toneel. Overlevering en benadering’ en R.L. Erenstein, ‘De receptie van middeleeuws toneel in de twintigste eeuw’, in: Hans van Dijk, Bart Ramakers e.a., Spel en spektakel, Amsterdam 2001, p. 98-110, p. 111-132, p. 228-25 en p. 282-304.

D. Coigneau, ‘Drama in druk, tot circa 1540’, in: Spel en spektakel, Amsterdam 2001   

J. Reynaert, ‘Clausen, zinsbouw en versificatie in de abele spelen. Theatrale en stilistische aspecten van het “rijmoverschrijdende verzenpaar”’, in: Queeste 16 (2009) 1, p. 15-38

J. Reynaert, ‘Tekst en opvoering van de abele spelen. Het kopieerwerk in het handschrift-Van Hulthem en de geïntendeerde voorstellingen’, in: Spiegel der Letteren 56 (2014) p. 453-475




bewegend beeld
Trailer van een opvoering in 2007, door Het Waterhuis Rotterdam klik hier

Regisseur over de opvoering uit 2007, door Het Waterhuis Rotterdam klik hier

Middelnederlandse opvoering van de Buskenblaser, door het Historisch Theater Leuven klik hier